• Klik ergens in de tabel en klik vervolgens op in de linkerbovenhoek van de tabel.

Er verschijnen drie selectiegrepen (de witte vierkantjes) op de rand van de tabel als de tabel is geselecteerd.

Als u het formaat van een tabel aanpast, wordt deze groter of kleiner. Het aantal rijen of kolommen in de tabel wordt niet gewijzigd.

• Selecteer de tabel en sleep een van de selectiegrepen (de witte vierkantjes) op de rand van de tabel om de tabel groter of kleiner te maken.

  Om tegelijkertijd de grootte van zowel rijen als kolommen te wijzigen, sleept u de stip in de hoek. Om de grootte van de tabel te wijzigen en de verhoudingen te handhaven, sleept u het witte vierkantje in de hoek met de Shift-toets ingedrukt.

1. Klik ergens in de tabel.

2. Sleep in de linkerbovenhoek om de tabel naar de gewenste positie in het werkblad te verplaatsen.

U kunt een tabel vergrendelen, zodat deze niet kan worden gewijzigd, verplaatst of verwijderd.

• Selecteer de tabel en klik in het paneel 'Orden' in het infovenster 'Opmaak' op 'Vergrendel'.

Om een tabel te ontgrendelen, klikt u erop en klikt u vervolgens op 'Ontgrendel'.